Experts duiden opbrengsten Democratie in Actie

15 december, 2021 - Webredactie

Dit artikel verscheen eerder op www.lokale-democratie.nl, download hier de publicatie

Hoe kunnen de resultaten van Democratie in Actie vanuit verschillende invalshoeken worden geduid? Het ministerie van BZK vroeg het een aantal experts. Zij hebben hun antwoord gegeven in de vorm van een essay. Deze zijn gebundeld in de publicatie ‘Impuls voor een sterke lokale democratie?

Met het einde van het programma in zicht drong zich de vraag op wat Democratie in Actie teweeg gebracht heeft. Het identificeren en beoordelen van effecten van acties in een steeds bewegend veld is ingewikkeld. Toch heeft het zeker meerwaarde om te proberen terugkijkend iets te kunnen zeggen over de werking en resultaten van de acties uit het programma, gezien in de bredere context van lokale democratie en bestuur.

Tegen de achtergrond van die bredere context heeft het ministerie een aantal experts gevraagd om in een essay te reflecteren op de opbrengsten van Democratie in Actie. Deze zijn gebundeld in de publicatie ‘Impuls voor een sterke lokale democratie? Reflecties na vier jaar Democratie in Actie’.

Lokale democratie
Zo maakt Julien van Ostaaijen (Universiteit van Tilburg en Avans Hogeschool ) de balans op van het programma vanuit een breed perspectief op het functioneren van de lokale democratie en het lokaal bestuur. Van zijn hand verscheen eerder het boek Tussen eerste overheid en tweederangs-democratie, waarin systematisch aandacht is voor de verschillende aspecten en actoren in de lokale democratie

Klaartje Peters (Universiteit Maastricht) duidt de opbrengst van het programma vanuit het perspectief van gemeenteraden en gemeenteraadsleden. In hoeverre heeft het programma zich gericht op de aspecten die hun positie in het lokaal bestuur kunnen versterken en wat heeft dat opgeleverd?

Verbinding tussen inwoners en bestuur
Democratie in Actie had ook als doel om de verbinding tussen inwoners en bestuur te versterken. Dat maakt het burgerperspectief een andere relevante invalshoek voor de duiding van de resultaten. Heeft Democratie in Actie eraan bijgedragen dat de burger zichtbaarder is geworden in de lokale democratie? Is die ook actiever geworden en kreeg hij of zij invloed? Evelien Tonkens (Universiteit voor Humanistiek) neemt als expert op het terrein van burgerschap en burgerparticipatie dit perspectief voor haar rekening.

Een laatste manier om naar het programma te kijken, is minder inhoudelijk van aard en meer organisatorisch. Vragen rond behoud, borging en doorwerking van resultaten staan daarbij centraal. Wat is er bekend uit vergelijkbare programma’s wat hieraan een positieve bijdrage levert?

Hierover gaat de bijdrage van Georgina Kuipers en Martin Schulz (NSOB). Zij schreven eerder Experimenteren en opschalen over de vraag hoe ministeries zoeken naar oplossingen voor maatschappelijke opgaven. In elk van de bijdragen komen zowel de mogelijke winstpunten van het programma als eventuele kritische kanttekeningen en leerpunten voor de toekomst aan de orde.