Dit artikel van Erik Snel verscheen eerder op socialevraagstukken.nl
Leefbaarheid kent geen eenduidige definitie. Het is een containerbegrip dat op velerlei manieren wordt ingevuld. Sterker nog, het begrip beweegt mee met maatschappelijke en politiek-ideologische veranderingen. Soms gaat het over problemen in stadswijken, dan weer ‘achter-de-voordeur’-problemen van kwetsbare burgers en recentelijk over ondermijnende criminaliteit in stadsbuurten.
Niettemin kun je twee telkens terugkerende elementen identificeren. Leefbaarheid heeft betrekking op een bepaalde locatie, de leef- en woonomgeving van mensen en drukt een kwaliteit uit. Van Dale omschrijft ‘leefbaar’ als ‘geschikt om erin of ermee te leven’, het gaat om de omgeving waarin mensen gedijen en die ze waarderen. Ofwel, leefbaarheid gaat over ‘de mate waarin de omgeving aansluit bij de eisen en wensen die er door de mens aan worden gesteld.’
Leefbaarometer herijkt
Deze definitie stond aan de basis van de Leefbaarometer, een veel gebruikt instrument om de leefbaarheid van gemeenten en buurten te meten. Het bevat honderd indicatoren over woningen, voorzieningen, bevolking, de fysieke omgeving en veiligheid, waarvan (mede op grond van onderzoek) wordt aangenomen dat ze positief of negatief samenhangen met de leefbaarheid van buurten.
Ondanks dat het meetinstrument veel is gebruikt, was er ook altijd kritiek. Door zijn complexe en samengestelde maten raakt al snel uit zicht welke van de honderd indicatoren in welke mate de gemeten leefbaarheid bepalen. Daarnaast gaat de Leefbaarometer uit van een specifiek beeld van wat een leefbare buurt is. Leefbaar is een buurt met veel koopwoningen, veel hogere inkomens en weinig bewoners met een uitkering en/of migratieachtergrond. Minder leefbaar is een buurt waar minder migranten en kwetsbare mensen wonen.
De Leefbaarometer is discriminerend genoemd omdat het veel bewoners met een migratieachtergrond als een indicatie van verminderde leefbaarheid zag. Om aan zulke kritiek tegemoet te komen, is het instrument kort geleden herijkt waarbij alle indicatoren over migratieachtergrond zijn verwijderd, omdat zij een ‘een potentiële stigmatisering van specifieke bevolkingsgroepen zijn.’
Subjectieve ervaring doet ertoe
Wij kozen ervoor om dichter bij de kern van leefbaarheid te blijven. Bij de vraag of mensen zich prettig en thuis voelen in hun directe leefomgeving. Hoe bewoners hun buurt ervaren en zich er veilig voelen. En of ze trots zijn op hun buurt en er voor zichzelf een toekomst zien. Het gaat ons met andere woorden om de subjectieve ervaring van buurtbewoners ofwel de gepercipieerde leefbaarheid: de waardering van het individu voor zijn of haar leefomgeving.
Ons onderzoek levert verrassende resultaten op. Eerder onderzoek liet zien dat de leefbaarheid, gemeten met de Leefbaarometer, in de Nederlandse steden in het afgelopen decennium gestaag toenam. Onze gegevens laten echter zien dat de ervaren leefbaarheid van Rotterdamse buurten in de ogen van bewoners niet is gestegen.
Lees verder op www.socialevraagstukken.nl