Nieuwe colleges moeten burgerinitiatieven niet door boekhoudkundige bril bekijken

Burgerinitiatieven zijn het gesprek van de dag. Maar het blijkt dat bewonersbedrijven in Engeland, Zweden en Nederland worstelen met het ‘aantonen’ van hun meerwaarde en het afleggen van verantwoording. Tijd om na de gemeenteraadsverkiezingen de blikvernauwende boekhoudkundige brillen af te zetten en na te denken over eigentijdse vormen van ‘accountability’ en publieke waarde.

Burgerinitiatieven zijn bezig met een definitieve doorbraak in Nederland, zowel in steden als op het platteland. Door onderzoek hebben we inmiddels een beeld van wat deze initiatieven beweegt, voedt of hindert. Eerder gesignaleerde problemen, zoals ambtelijke wispelturigheid en knellende regelgeving zijn onverminderd actueel.

Lokale ondersteuning kan vaak beter, maar ook voor de landelijke overheid is een rol weggelegd. Zo braken Niesco Dubbelboer en Eisse Kalk een lans voor het opnemen van ‘buurtrechten’ in bestaande en nieuwe wetgeving. Hun centrale vraag (en subtitel van hun boek) luidde: ‘Hoe maatschappelijke initiatieven zich écht verder kunnen ontwikkelen.’

Juist deze vraag is uiterst actueel, niet alleen na een onzekere startfase van initiatieven, maar ook in de politieke formatie daags na de gemeenteraadsverkiezingen. Wanneer initiatieven aankloppen bij de gemeente of andere instellingen, wordt hen vaak de vraag gesteld: ‘Wat levert jullie initiatief op’? Toverwoorden zijn maatschappelijke impact, inclusiviteit en meerwaarde.

Maar ook de dragers van burgerinitiatieven stellen zichzelf deze vraag, omdat ze willen weten in hoeverre hun inspanningen verschil maken, en daarover verantwoording willen afleggen aan ‘de buitenwereld’. Dat valt echter nog niet mee. Zo laat internationaal onderzoek zien dat bewonersbedrijven in Engeland, Zweden en Nederland worstelen met de vraag in welke mate, hoe en aan wie ze verantwoording moeten afleggen. Hoewel bewonersbedrijven een specifiek type burgerinitiatief behelzen, vermoed ik dat hun afwegingen op meer typen burgerinitiatieven van toepassing zijn.

Lees het hele artikel van Reinout Kleinhans op www.socialevraagstukken.nl

Lees ook het volgende

Het lidmaatschap voor het LPB sluit je af per organisatie. Je betaalt als organisatie slechts € 500,- per jaar. Het spreekt natuurlijk voor zich; hoe meer leden, hoe beter wij de wijkaanpak en het werk van de wijkprofessional kunnen ontwikkelen. Al meer dan honderd gemeenten en organisaties zijn aangesloten bij het LPB.

Voordelen lidmaatschap

  • je krijgt korting op deelname aan het jaarlijkse LPB Congres. Deelname aan het LPB Congres kost dan € 399,-* (normaal € 549,-). Dit is exclusief overnachtingskosten.
  • toegang tot diverse werkgroepen en themabijeenkomsten
  • toegang tot een netwerk van wijkprofessionals
  • promotie van je eigen activiteiten en werkwijzen op de www.LPB.nl en via de digitale nieuwsbrief

Martin: Hier graag een formulier inbouwen