Verdeling van gezondheid en leefomgevingskwaliteit over buurten

4 november, 2020 - Webredactie

Deze studie laat zien dat de gezondheid en leefomgevingskwaliteit gemiddeld slechter zijn in buurten met de laagste sociaaleconomische positie, afgemeten naar het mediaan huishoudinkomen. De hierbij gebruikte gezondheidsindicator is de (gezonde) levensverwachting. Bij de leefomgevingskwaliteit gaat het om een aantal voor de gezondheid relevante buurtkenmerken, zoals aanwezigheid van omgevingsgroen, fastfoodaanbod, sociale cohesie of verkeerslawaai.

Gezondheidsverschillen
De analyses laten zien dat de levensverwachting voor bewoners uit de 20% buurten met de laagste mediane inkomens gemiddeld 3,3 jaar lager is dan voor de 20% buurten met de hoogste inkomens; de gezonde levensverwachting is bijna 11 jaar lager.

Die gezondheidsverschillen worden voor een deel verklaard door het gegeven dat minder aantrekkelijke buurten vooral huisvesting bieden aan bewoners uit de lage inkomensklassen die vaak al over een slechtere gezondheid beschikken. Modelberekeningen met relatieve risico’s wijzen uit dat verschillen in leefstijl tussen bewoners van buurten bijna de helft van het verschil in levensverwachting verklaren. Het gaat vooral om roken en bewegingsarmoede.

De gevonden verbanden tussen gezondheidsrelevante buurtkenmerken en het mediaan inkomen, suggereren dat ze een rol spelen bij het ontstaan van de waargenomen gezondheidsverschillen tussen buurten. De opzet van deze studie laat echter niet toe om eenduidige uitspraken te doen over de grootte van de bijdragen aan de gezondheidsverschillen. Wel is het zo dat in buurten met de laagste mediane inkomens (de onderste 20%) vaak sprake is van een stapeling van voor de gezondheid ongunstige buurtkenmerken.

Download hier het onderzoek Verdeling van gezondheid en leefomgevingskwaliteit over buurten